|
Bekijk deze bladzijde in het: Enlgish, Arabic, French, Indonesian, Portuguese, Spanish Gods schepping bladzijde 2God zei: ‘Laten wij mensen maken die ons evenbeeld zijn, die op ons lijken.’ Toen maakte God, de HEER, de mens. Hij vormde hem uit stof, uit aarde, en blies hem levensadem in de neus. Zo werd de mens een levend wezen. God schiep de mens als zijn evenbeeld, mannelijk en vrouwelijk schiep hij de mensen. God noemde de eerste mens Adam en later noemde Adam de vrouw Eva. Zo komt het dat een man zich losmaakt van zijn vader en moeder en zich hecht aan zijn vrouw, met wie hij één van lichaam wordt. Beiden waren ze naakt, de mens en zijn vrouw, maar ze schaamden zich niet voor elkaar. God keek naar alles wat hij had gemaakt en zag dat het zeer goed was. Het werd avond en het werd morgen. De zesde dag. Zo werden de hemel en de aarde in al hun rijkdom voltooid. God zegende de zevende dag en verklaarde die heilig. God, de HEER, legde in het oosten, in Eden, een tuin aan. Hij liet uit de aarde allerlei bomen opschieten die er aanlokkelijk uitzagen, met heerlijke vruchten. Christian Answers Network
Vertaald door: Josine Gerelateerde informatie…
|